dinsdag 14 juni 2011

Ontevreden of dankbaar?


NIET UIT DE MOPPENTROMMEL MAAR WAAR GEBEURD.

Kort geleden naar het nieuwe Maasstad ziekenhuis geweest.
Hechtsels eruit laten halen. Mijn vrouw dan. Maakt niet uit; we zijn toch één.

MIJN RUG OP? of OP MIJN RUG?
Grote, nieuw parkeergarage....heerlijk makkelijk; aangepast aan de nieuwste mogelijkheden. Geen 'ouderwetse' pinmethode meer, gewoon chippen...stop in enz. en rijden maar.
Terug even gemakkelijk...nee dus....want toen ik bij de uitgang m'n kaartje zingend, vanwege al dat gemak in de parkeer-automaat (van nu af PA) stopte zei die: U bent niet ingereden. Althans, dat stond in het display ervan.
'k Heb me suf zitten verzinnen hoe ik dan binnengekomen was. Ik ben niet meer zo jong dus vergeet je wel eens wat. Bij mijn weten was de motor niet afgeslagen bij binnenkomst. Dan had ik nog kunnen veronderstellen dat wij, mijn vrouw en ik ém naar binnen hadden geduwd. Nochtans was ik dan nog steeds binnengereden. Het was ook niet zo dat ik mijn car op mijn rug had genomen en binnengedragen zou hebben. Als dat zo geweest zou zijn had die PA gelijk gehad. Maar dan zou hij er waarschijnlijk bij gezegd hebben: U droeg hem naar binnen.

IK SLIK ALLEEN MAAR PARKEERKAARTEN
Ten einde raad ben ik teruggereden, uiteraard binnen in de garage, naar de ingang. Daar een geüniformeerde deskundige aangesproken. 'Dan zal u toch terug moeten naar de hoofdingang van het ziekenhuis en daar bij de automaat betalen', was zijn advies. Nou is dat nieuwe ziekenhuis een stad op zich en om weer zo'n kilometer terug te moeten lopen naar die automaat lokte mij niet aan. En dan bovendien bedenkende dat ik daar dan, met een rij wachtende achter mij, met een rood hoofd had staan tobben om mijn bankpas in die gleuf te stoppen van de parkeerkaart. Bovendien, als dat zou lukken zou die automaat waarschijnlijk zeggen: 'Mijnheer ik slik alleen maar parkeerkaarten.'
'k Heb er nog over gedacht over een betonnen verhoging, door de ingang naar buiten te rijden. Maar ik was bang dat er dan een of ander alarm zou gaan loeien.

HARDLEERSE PA
Na opnieuw overleg met, en op advies van de geüniformeerde deskundige, opnieuw teruggereden naar die zelfde uitgang. Het geval wilde, dat mijn geüniformeerde vriend de belofte van de centrale had losgepeuterd, via een blikkerige stem uit een intercom, dat ik daar dan door hem, door die stem dan, verder zou worden geholpen. Ik heb hoopvol, opnieuw mijn pas in dat 'liegbeest' gestopt en hij zei hetzelfde: 'U bent niet binnengereden'. Er zijn Parkeer Automaten die het nooit (af) leren.

IK VERWACHTTE ADVIES VAN EEN MODERNE, BLIKKERIGE STEM UIT DE PA MAAR DAT ADVIES KWAM VAN EEN MENS VAN VLEES EN BLOED
Toen dat dus niet gerealiseerd werd, werd ik dus witheet op die PA die blijkbaar die blikkerige stem ongehoorzaam was.
Ik zat nog, vol hoop, gespannen naar het display van mijnheer PA te kijken en te luisteren of ik zijn metalen stem zou horen zeggen wat ik moest doen.
Hoor ik plotseling een stem van vlees en bloed roepen, van een levende parkeerwachter, die net aan kwam rijden: 'Mijnheer hij is omhoog'.
Hij bedoelde de slagboom. Ik schrok wakker uit mijn uiterste concentratie en gaf een plomp gas en ik was buiten Hè hè....was mijn opluchtende verzuchting.

UIT DE MOPPERTROMMEL.
'We zouden al thuis geweest kunnen zijn,' mopperde ik tegen mijn vrouw.
Onvoorstelbaar...wat zijn we verwend. Zit even wat tegen; ben een half uur later thuis dan wanneer het 'normaal' was gegaan. Mopperen. Nog niet zoveel jaren geleden gingen we met openbaar vervoer. Zo'n anderhalf uur onderweg. Of nog erger: fietsen. Wat zegt Vader eigenlijk van hoe wij moeten reageren?

...EN WEEST DANKBAAR zegt de Bijbel.
'Stom hè', zei ik tegen m'n vrouw, 'zit het even tegen en zit ik alweer te mokken'.
'We rijden naar huis, met de mededeling van de chirurg dat 'het' er erg goed uitziet en dat je nog maar één keer terug hoeft te komen en 'dan bent u van mij af' zoals hij zei.
En ik zit hier te mopperen. En Gods Woord zegt....weest dankbaar'!
Even later waren we weer heerlijk thuis; via de drukke A16.

SORRY HEER...IK SCHAAM ME DOOD...HOEWEL...
“Sorry Heer...dank U wel dat we weer veilig zijn thuisgekomen. Dank U wel Heer dat 'het' er goed uitzag en dat we nog maar één keer terug hoeven te komen. Dank U wel Heer dat we een eigen plekje hebben waar we kunnen wonen en leven en slapen en eten. O ja, dank U dat dat we overvloed hebben. Dank U Heer, ondanks de crisis dat we nog auto kunnen rijden en een telefoon hebben en een TV en een PC en een digitale camera en...en...en...enne.....zeven kinderen en drie schoonzoons en twee schoondochters en veertien kleinkinderen en drie achterkleinkinderen.
En dat ze allemaal een baan hebben. En dat ze van ons houden en dat ze goed met elkaar omgaan en...enne... Ik buig mij diep beschaamd voor U. We moesten ons voor 't mopperen maar heel erg voor U schamen...doodschamen zogezegd...hoewel dat , U zij dank, niet meer kan. Amen!

Uw zoon Cornelis

Geen opmerkingen:

Een reactie posten